Je kent ze wel, van die types die cum laude afstuderen aan de Design Academy, 3D-bruggen printen, hun werk in de collecties hebben zitten van musea als het MoMA en Centre Pompidou, en dan tussendoor ook nog innovatie-awards ontwerpen die dan vervolgens vrolijk bij mensen als Angelina Jolie en Miuccia Prada komen te staan. Joris Laarman is zo'n iemand. Zo'n iemand waarvan ik dan meteen diep onder de indruk ben. Om nog een beetje evenwichtig verslag te kunnen doen van zijn eerste overzichtstentoonstelling, hier in het Groninger Museum, besloot ik mijn allerzwaarste wapen in te zetten: de tentoonstelling bezoeken met mijn nuchtere schoonnichtje Eva.
Schoonfamilies: ik hou ervan. Ze leveren, in tegenstelling tot mijn eigen familie, nichtjes en fotografen. Samen met Eva Romkes (net 7) en Maaike Dijk (tijdloos) bezoek ik de tentoonstelling Joris Laarman Lab. Eva verwondert, Maaike fotografeert. Mijn rol is, zoals altijd, onduidelijk. „Jij weet eigenlijk nooit wat je moet doen hè?”, zegt Eva. Heerlijk, zo'n kernachtige samenvatting van mijn bestaan. Ga dus niet met kinderen naar het museum om je ego een boost te geven, maar ga vooral wel met kinderen naar het museum om ze hele nieuwe werelden te laten ontdekken: op die manier wordt kennismaken met het onbekende normaal, en voorzie je de ruimdenkendheid van de jeugdige ziel van een lekker shotje anabolen. En ruimdenkendheid, goedemorgen, daar kunnen we wel wat van gebruiken in dit land.
„Op die stoel kun je niet zitten, want dan val je.” Ik kan het niet ontkrachten, want ik heb nog nooit op het dertigduizend euro kostende stoeltje gezeten
Uncle Petticoat
Goed, terug naar Joris! En Eva, die bij het zien van Laarmans beroemde Bone Chair, aan het begin van de tentoonstelling groot afgebeeld op de muur, meteen vaststelt: „Op die stoel kun je niet zitten, want dan val je.” Ik kan het niet ontkrachten, want ik heb nog nooit op het dertigduizend euro kostende stoeltje gezeten. Ook nu zal dat niet gebeuren, want bij alle objecten in de tentoonstelling staan niet-aanraken-symbolen: handjes met een streep erdoor. „Mag je het dan wel met je jurk aanraken?” Nee, helaas; als dat zo was geweest had oom Peter hier nu ook wel in een petticoat rondgelopen. Minstens.
Glittermatten
We lopen een zaal in waar drie tafels staan die helemaal zijn opgebouwd uit kleine magnetische blokjes: „Hé, die ken ik!”, roept Eva. Níks zoeter dan het moment waarop je ziet dat al die museumbezoeken hun kunstvruchten beginnen af te werpen. Want inderdaad, deze tafels uit de Voxel-serie stonden eerder ergens anders in het museum, en werden toen ook al uitgebreid bewonderd. Nu staan ze in een zaal die de titel Digital Matter heeft meegekregen. Eva leest: „Glittermatten?” Een uitstekende vertaling.
Stokjesstoel
Dan lopen we de grote zaal in, en daar staat 'ie, maar nu in het echt: de Bone Chair. Die wordt meteen omgedoopt tot 'stokjesstoel' – mijn verhaal over hoe deze stoel volgens een op botgroei gebaseerd algoritme uit de 3D-printer is gerold, besluit ik even voor me te houden. Veel belangrijker is het om te weten hoeveel stokjes de stoel eigenlijk heeft. We tellen, en komen uit op dertig. Ook empirisch onderzoek stimuleer ik graag en overal.
Pure magie
Even verderop, in een andere ruimte, doemt een stalen structuur op die niet zo maar is te duiden. Ik bereid me voor om een erudiet verhaal af te steken over de vrije vorm van deze 3D-geprinte stalen constructie die... „Het is een acht!” Hoppa! Die had ik nog niet gezien, maar het is wel waar. Sta je op een bepaalde manier voor de constructie, dan zie je een acht. Maar loop je eromheen, dan verdwijnt de acht, en verschijnt er een zes: dit werk is pure magie, en intrigeert mateloos.
Op de achtergrond is op de muur een impressie van Laarmans grootste werk in spe te zien: de geprinte brug. Op m'n allerwetenschappelijkst leg ik uit hoe de brug gemaakt zal worden („Die twee beesten blazen metaal uit hun pootjes en dat wordt heel snel hard, en zo ontstaat er een brug”), maar wellicht beter dan deze sublieme uitleg is een bezoek aan de brug zelf. We maken een deal: als 'ie af is, gaan we erheen. Zo wordt dit museumbezoek eentje met een stalen staartje. En dit artikel eentje waarvan de opzet weer totaal is mislukt: niks evenwichtig, we zijn gewoon lyrisch. We kónden niet anders.
De tentoonstelling Joris Laarman Lab is tot en met 10 april 2016 te zien in het Groninger Museum.